Reguliere behandeling spataderen

Voor het verwijderen van spataderen komen steeds betere technieken beschikbaar. Kleine en middelgrootte spataderen kunnen worden “weg gespoten” en de minder ingrijpende laser en radiofrequentie therapie wordt nu vaak in plaats van strippen toegepast. Toch geven al deze behandelmethoden alleen maar een tijdelijk resultaat omdat de oorzaak van spataderen niet wordt aangepakt.

Reguliere behandeling spataderen: steunkousen

Steunkousen worden gebruikt als tijdelijke maatregel bij een andere spatader behandeling of als monotherapie als een andere spatader behandeling niet mogelijk is. Een spatader behandeling met steunkousen is er op gericht het bloed in de benen omhoog te duwen. De druk van de steunkousen zorgt er voor dat het bloed niet terug naar beneden kan stromen.

Een nadeel van steunkousen als monotherapie is dat je ze altijd moet dragen en dat het, voor met name vrouwen, lastig is om modieuze kousen te vinden die qua motief en kleur bij je passen. Sommige klinieken hebben hier goede oplossingen voor.

Sclerose

Voor het verwijderen van kleine spataderen wordt sclerose, ook wel sclerosecompressie techniek gebruikt. Bij sclerose wordt er een stof, meestal polidocanol, in de spatader gespoten waardoor in de wand een ontstekingsreactie wordt opgewekt. Deze reactie is zo sterk dat er van de spatader alleen littekenweefsel overblijft. Tijdelijke compressie met behulp van een zwachtel en steunkousen versnelt dit proces en vermindert de eventuele klachten die kunnen ontstaan.

Voor dieper gelegen spataderen kan ook sclerosetechniek worden gebruikt. Dan wordt het sclerosemiddel gemengd met lucht tot een soort schuim. Met behulp van echo beeldvorming wordt dit schuim op de juiste plek in de spatader gespoten. Door de extra lucht is het sclerosemiddel beter te volgen op de echo. Bovendien maakt het schuim beter contact met de vaatwand, zodat grotere vaten effectief behandeld kunnen worden.

Strippen

Strippen (flebectomie volgens Müller) kan alleen worden uitgevoerd op spataderen die van de buitenkant zichtbaar zijn. Er wordt in de lies een klein sneetje gemaakt waar de spatader wordt doorgesneden en aan de bovenkant dichtgemaakt. Door het onderste gedeelte van de spatader wordt een draad geschoven die aan het einde van de spatader, via opnieuw een klein sneetje, weer naar buiten komt. Daarna wordt de spatader met behulp van de draad uit het been getrokken.

Schuimsclerose wordt steeds vaker in plaats van strippen toegepast omdat deze ingreep eenvoudiger is, minder ingrijpend is, geen blijvende littekentjes geeft en omdat er na de behandeling korter steunkouzen moeten worden gedragen.

Endoveneuze lasertherapie

Bij endoveneuze lasertherapie wordt met behulp van een katheter een laser in de spatader geschoven. Daarna wordt de spatader vanuit de binnenkant dicht geschroeid. Er wordt bij deze behandeling alleen een lokale verdoving toegepast en de behandeling kan poliklinisch worden uitgevoerd. Deze techniek wordt met name toegepast bij de vena saphena parva.

Kleine oppervlakkige spataderen, heksenbezems genoemd, kunnen met een laser vanaf de buitenkant worden verwijderd. Een nadeel is dat deze behandeling eens in de drie maanden herhaald moet worden.

Endoveneuze radiofrequentie therapie

De laserlichtstralen kunnen ook vervangen worden door radiogolven. Dan spreekt men van endoveneuze radiofrequentie therapie. Het effect is het zelfde de spatader wordt van binnen uit weg gebrand.

Reguliere behandeling vormt alleen een tijdelijke oplossing

Al deze behandelingsmethoden geven alleen tijdelijk resultaat. Want de spataderen komen na verloop van tijd weer terug. Er wordt namelijk niets gedaan aan de oorzaak van het ontstaan van de spataderen.

Vroeger werd gedacht dat spataderen werden veroorzaakt door slecht functionerende klepjes in de vaten. Maar nu blijd dat problemen in de vaatwand eerst optreden. Hierdoor stijgt de bloeddruk, waardoor de vaten worden verwijd en uiteindelijk de klepjes in de vaten niet meer goed sluiten.

Op de orthomoleculaire behandeling pagina kunt u lezen hoe u spataderen kunt voorkomen en blijvend kunt laten verdwijnen.